1. verspringen
(meet de explosieve kracht van de benen)
Leg een dunne mat op de grond en kleef er
een lintmeter op.
Lln vertrekken met tippen tegen de rand van
de mat en springen vanuit stilstand.Noteer tot op de cm nauwkeuring hoe ver ze sprongen.
Doel: bij de tweede afname verder springen
2. sit-ups (meet de rompkracht)
Zet de lln per twee. Gedurende een halve minuut doet 1 ll sit-up met gebogen knieƫn.
De andere houdt de voeten tegen en telt.
Daarna wisselen ze.
Noteer het aantal sit-ups per kind.
Doel: bij de tweede afname meer sit-ups doen.
3. shuttle
run (meet de loopsnelheid en de wendbaarheid)
Kleef twee lijnen op de grond op een
afstand van 5 m.Laat de lln vijf maal heen en weer lopen en meet de tijd.
Noteer de tijd die ze nodig hebben om dit te doen.
Doel: bij de tweede afname minder tijd nodig hebben
4. sneltikken
(meet de snelheid van de armen)
Kleef het karton met de volgende tekening
op een tafel.Ze gaan zo snel mogelijk hun dominante hand heen en weer bewegen en de bollen tikken.
Je telt elke keer dat ze met hun hand de bol tikken waar ze vertrokken zijn.
Je noteert de tijd die ze nodig hebben om dit 25 keer te doen.
Doel: bij de tweede afname minder tijd nodig hebben
5. evenwichtstest
De ll staat met zijn voorkeurvoet op een
evenwichtsbalk (onderkant van een turnbank).Het andere vrije been wordt achterwaarts gebogen en de wreef van de voet wordt vastgenomen
met de hand aan dezelfde zijde. De vrije arm mag gebruikt worden om het evenwicht te
bewaren.
De ll mag eerst zijn evenwicht zoeken met behulp van de schouder van de lkr of een medell.
Van zodra de schouder wordt lasgelaten, begint de test.
De ll moet proberen in deze positie te blijven staan en dit gedurende 1 minuut.
Telkens als de ll het achterste been loslaat of als de ll met een lichaamsdeel de grond raakt
stopt de tijdsmeting. Herstart de tijd totdat de ll opnieuw zijn evenwicht verliest.
Dit gedurende 60 sec.
Noteer het aantal keer dat de ll zijn evenwicht verliest in 1 minuut.
Doel: bij de tweede afname minder keer hun evenwicht verliezen
6. uithouding
shuttle run (meet het uithoudingsvermogen)
De ll lopen gedurende 6 min.Noteer de tijd waarop ze gestopt zijn.
Eens ze gestopt zijn, is de test voor hen voorbij en mogen ze niet meer verder lopen.
Doel: bij de tweede afname langer kunnen lopen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten